logo

Er was eens een Indisch kind, geboren en onbezorgd opgroeiend in onze mooie Gordel van Smaragd. Het was een fijn en prettig leventje, ging naar school, ging met vakantie en maakte tripjes naar Tandjoeng  Priok, Buitenzorg en naar Bandoeng over de Poentjak.

Op straat spelend met andere kinderen, knikkeren, vliegeren, kastie, katapulten, gatrik (ketok kadal) of gewoon kattenkwaad uithalen, zoals uit het raam klimmen als er 's middags geslapen moest worden of met de katapult fruit, b.v. manga's, uit de bomen schieten.

Speelgoed werd zelf gemaakt, vliegers, tollen, van lege klosjes garen en elastiek een tank maken en nog vele andere dingen. Er werd gezwommen in de kali, gewandeld op de galangan, de jongens  natuurlijk gewapend met de katapult. 
Naar school of op familiebezoek met schoenen aan, maar buiten spelen in een tjelana monjet en blote voeten.

Helaas vielen de Japanners, in 1942, Indië binnen en toen ze capituleerden kwam de Bersiaptijd. 
Voorbij was het onbezorgde leventje. Vaders werden geïnterneerd; kinderen bleven met moeder, broer en zuster meestal zonder bescherming buiten het kamp. Het straatbeeld veranderde op slag. Militairen, loeiende sirenes, luchtgevechten, bombardementen. Kinderen kregen een touw om de hals met daaraan een stuk rubber en een fluit. Tijdens bombardementen moest je onder het bed schuilen en op het rubber bijten en als je bedolven lag onder het puin moest je op het fluitje blazen om de aandacht te trekken.

Na de oorlog vertrokken vele gezinnen naar Holland, het  beloofde land. Voor veel Indische gezinnen werd de kou en andere gewoontes in Holland een moeilijke tijd. Zonder klagen slaagden ze, zich ook hier door heen. We mogen trots zijn op onze ouders, want ook hun lening of renteloos voorschot werd tot de laatste cent terug betaald aan de Nederlandse regering. 

Het Indisch kind is en blijft Indisch, hoorbaar, met gewoontes en smaak. Soms werd er even omgekeken en vol heimwee werd dan een fotoalbum opengeslagen en met gemengde gevoelens bekeken. Dan wordt het boek gesloten. Voorgoed voorbij die goeie ouwe tijd.
Voor de volgende generatie een nieuw begin met de normen en waarden waarmee we zijn opgegroeid, want dat is en blijft onze Indische identiteit.

T.A. (foto van de Theresiaschool 1949 Surabaya)

NASI GUDEG is een typisch gerecht uit de stad Joyakarta met een scala aan bijgerechten. Bijvoorbeeld: tofu, tempeh, (bacem) eieren, sambal goreng Krecek en de Ayam gudeg. Terwijl de Gudeg zelf is gemaakt van Tewel (jonge jackfruit).
De nasi Gudeg is erg populair vanwege de heerlijke aroma van verschillende gerechten, de hartige smaak en de zoete maak van de diverse bijgerechten.

In het algemeen wordt de Bacem (t.b.v. de eieren) bereid met verschillende kruiden, zoals sjalotten, knoflook, koriander, salam bladeren, laos, en Gula Jawa (Javaanse suiker) voor een zoete smaak en de kenmerkende bruine kleur.
Behalve eieren kan de Bacem ook gebruikt worden voor bijvoorbeeld kip, tofu of Tempeh.
Krecek is gedroogde koeienhuid die daarna verwerkt wordt voor gerechten e.d.

Stadhoudersring 45 
2713 GA Zoetermeer
Tel. 079 - 316 63 08
© Nationale Indische Dag 2020
crossmenuchevron-down